zondag 24 september 2023

Beginnen bij het begin – Minehead – South West Coast Path (34)

Bij het monument aan het begin van het pad. Nog 1014 kilometer te gaan.

'Dit is dus zo'n plek waar je nooit meer terugkomt.'
'Dat weet je niet.'
'Ja, maar dit is toch wel een plek vol emotie. Waarvan je lang gedacht hebt wanneer het ooit zover zou zijn dat je daar zou beginnen, aan het begin van het South West Coast Path. En nu zijn we er.'
'Ja, dat is wel zo. En hoe gemakkelijk je er eigenlijk naartoe kan reizen.'

'Nou, daar gaan we!'

En zo gingen we op zaterdag 16 september op pad vanuit Minehead. Volgens de tekst op het monument aan de boulevard vanaf daar nog 1014 kilometer te gaan. Volgens onszelf nog 441,5 kilometer. Omdat we er al 572,5 kilometer van gelopen hebben. En het gekke was dat niemand dat aan ons zag.

Het monument aan het begin van het South West Coast Path, bedacht en
ontworpen door Sarah Ward en uitgevoerd in brons door Owen Cunningham.


Detail: de kaart met de route van Minehead tot Poole.

Wat was het druk op deze eerste etappe, tot Porlock Weir, met wandelaars. Veel drukker dan eerder deze zomer in het gedeelte tussen Wembury en Beer, in het zuiden, waar op een gegeven moment de Jurassic Coast begint. Beer, zo'n 180 kilometer voor het einde, voor Poole. Je vraagt je dan af, wat gebeurt er met al die mensen die in Minehead beginnen? Die officieel in Minehead beginnen, en niet zoals wij, na vier stukken kustpad, vanaf Newquay tot Beer, nog eens aan het begin beginnen, het begin ervoor plakken, zogezegd. Hoeveel haken er onderweg af? Er zijn er in ieder geval maar weinig die de volle 1014 kilometer in acht weken uitlopen. Volgens de 52 day itinerary van de South West Coast Path Association. Of sneller, volgens de 45 stages in het boekje van Paddy Dillon, van gemiddeld 22,5 kilometer per dag. Zoals die Duitser die we vorig jaar tegenkwamen, met volle bepakking, en misschien nog wat hele sterke en stoere types. Wat een prestatie. De meesten zullen het doen zoals wij, jonge mensen, wat oudere mensen, in de tijd dat ze vakantie hebben, steeds weer een gedeelte.

De plaquette op de kademuur.

Newquay was 15 jaar geleden. We gingen gewoon een stukje langs de zee lopen, zonder te beseffen dat dit het beroemde en beruchte South West Coast Path was. Tussendoor liepen we de West Highland Way, een makkie, liepen we in Noord-Ierland met Co en Yvonne, in Madeira langs de levadas en door de Cotswolds. Tot we weer eens langs de zee wilden lopen, vorig jaar. Want dan kun je omkijken naar wat je gelopen hebt. Dat kan niet in een bos of in de bergen. Dat is het mooie van de kust. Tussendoor verscheen ook nog Het zoutpad, het boek van Raynor Winn, waarvan ze nu een film aan het maken zijn. (Ik zou eerst nog even gauw het boek lezen, voordat de film uitkomt.) Maar dat was niet de reden om na 14 jaar het SWCP weer op te pakken. Misschien was het wel de zee, het omkijken wat je gelopen hebt, maar ook het vooruitkijken wat je nog te gaan hebt. Waren het de klimmetjes en afdalingen, een stuk langs een klif, een stuk door een bos (toch ook), een stroompje dat je moet oversteken, een vuurtoren hier en daar en al die gezellige dorpjes waar je langs komt, of al die aardige wandelaars onderweg waarmee je een praatje maakt. Daar doe je het voor. Of zoals dat kamermeisje het zei toen we uit The Old Ship Aground in Minehead vertrokken: 'Enjoy the Way!'

De eerste B&B, The Old Ship Aground.

Al 400 meter gelopen.

donderdag 14 september 2023

Babbacombe – South West Coast Path (33)

Bovenaan het klif. De Babbacombe Cliff Railway werd gebouwd in 1926.

In Babbacombe werden we compleet overrompeld door de funicular die je daar hebt, de Babbacombe Cliff Railway, een baan met treintjes die heen en weer gaan tussen het klif en het strand. Thuis hadden we al ontdekt dat die treinbaan (of kabelspoorweg) daar ergens moest zijn, maar dat je er dan met je neus bovenop komt te staan terwijl je net je eerste schreden op een nieuw stuk pad wilt zetten, dat is wel een verrassing.

Eigenlijk kwam het door de postbode die ons de weg wees – we konden het begin van dat nieuwe stuk pad niet zo gauw vinden – de postbode, waardoor we ook al zo overrompeld werden. Iemand die fluitend en met een blij gemoed zijn brieven rondbracht met twee kleuren sokken aan, een blauwe en een rode, de een links en de ander rechts. Je kon wel zien dat hij hier al een tijdje rondliep, zo stellig wees hij ons de weg. Het was duidelijk geen invaller, en om zijn werk als bekende dorpspostbode nog wat te veraangenamen trok hij 's ochtends twee verschillende sokken aan. Maar misschien had het ook iets met de systematiek van het vak te maken, dat hij brieven had voor de kant van de weg die met blauw werd aangeduid, en brieven voor de andere kant die rood genoemd werd en dat de sokken dienden als geheugensteuntje. Je wist het niet. Stuur- en bakboord haalde je er in ieder geval niet uit, uit de blauwe en rode sok.

Maar nu stonden we bij de treinbaan. Eerst was het plan om, na de drukte van Torquay overgeslagen te hebben, het pad weer op te pakken bij Labrador Bay. Maar dan waren we deze attractie nooit tegengekomen. Erin konden we nog niet, helaas, wat wel de bedoeling geweest was, want ze hadden nog een extra week uitstel genomen om de boel weer op te starten. Veiligheid voor alles. In september 2022 namelijk was er bij de restauratie van de treinbaan iemand verongelukt. Je hoorde dat er mannetjes bezig waren om te testen. Straks ging het allemaal weer rijden. Maar niet voor ons. In Engeland zijn ze dol op dit soort bouwwerken. Zo zie je langs de kust ook wel af en toe nog een oude wandelpier en aan het begin van het South West Coast Path, tussen Lynmouth en Lynton gaan ook van die kabeltreintjes heen en weer, maar daar worden ze met waterkracht aangedreven.

Babbacombe, alleen de naam al is overrompelend. Die verzin je niet.* Niet vreemd dat er ook nog een schrijver gewoond heeft, niemand minder dan Oscar Wilde. In de winter van 1892-1893. Voor één zo'n winter krijg je als schrijver dan gelijk al zo'n bordje. Dat doen die Engelsen goed.


* Babbacombe betekent 'vallei van een man genaamd Babba'. Het woorddeel 'combe' kom je in meer plaatsnamen tegen.

zaterdag 9 september 2023

En misten – South West Coast Path (32)

Het pad naar Sharp Tor, voor Salcombe, is nog net te zien. 30 juni 2023.

En misten, kan het ook, op het South West Coast Path. Dat levert fraaie plaatjes op. Van rotsen in de mist, een zee die in de wolken verdwijnt, of schapen die daaruit tevoorschijn komen.

Of een gloednieuwe Mini, een auto, die daar zomaar in het veld staat ineens. Met niemand erin tussen de heideplanten. Er bestaat helaas geen foto van, dus je moet het geloven. Alsof je in de beginscène van de film Local Hero terechtgekomen bent.

Local Hero, waarover we het nog eens apart moeten hebben, de plek waar het opgenomen is, Pennan, aan de noordkust van Aberdeenshire, in het noordoosten van Schotland, zo'n beetje de koudste plek aan het water, waar de noordenwinden vrij spel hebben, met huisjes die met hun rug naar de zee staan, zoveel kou komt daar vandaan. Met die telefooncel aan de haven, die een centrale rol speelt in de film, daar voor de film was neergezet, weggehaald nadat de film was opgenomen, maar daar weer teruggeplaatst moest worden, met een echt werkende telefoon, zo iconisch was die telefooncel op die plek geworden door de film. Local Hero, toch wel de beste film die ik ken, met dat fantastische gitaarspel van Mark Knopfler. Hier te horen.


Maar we hadden het over mist. Mist waar de zon doorheen breekt, zoals we meemaakten voorbij het zuidelijkste puntje van Groot-Brittannië, Lizard Point, dat is zo mooi!

Lloyd's Signal Station, net voorbij Lizard Point, in de mist...

... en uit de mist. 17 juni 2022.

zaterdag 2 september 2023

Het kan ook regenen – South West Coast Path (31)

24 juni 2022, onderweg naar Polperro.

Het kan ook regenen, op het South West Coast Path. De paadjes worden glibberig. Vooral met afdalen is het uitkijken. Dat je niet uitglijdt in de blubber. Dat vergt uiterste concentratie. Goed kijken. Van waar zet ik m'n voet. Op dat hogere stukje, net naast het modderige middenstuk, die graspol die geen graspol meer is, die steen die nog een beetje ruw is, m'n stok, waar zet ik die, iets naar voren, maar niet voor m'n voeten, dat ik niet struikel maar wel opgevangen word als ik ga. Regen. De profielen onder je schoenen raken vol slik en voor je het weet heb je geen enkele grip meer, zijn die zolen gewoon spekglad. Met klimmen let je natuurlijk ook op, vooral als je trappen op moet, dat je niet wegglijdt met de voorkant van je schoen en voorovervalt en in het ergste geval op je tanden terechtkomt, op zo'n traprand.

Regen, het mag de pret niet drukken.

Iets anders is dat je schoenen vol water kunnen raken. Dat hebben we toen naar Polperro meegemaakt. Binnen een paar minuten was het gebeurd. Voor onze laatste tocht hebben we daar wat op gevonden. Dit keer waren goed voorbereid, met van die schoenhoezen die over de bovenkant van je schoenen gaan. Ja, je moet wat meetorsen als je uit wandelen gaat. Ik kan ze Raynor Winn van harte aanbevelen, die schoenhoezen. In haar derde boek, Landlijnen, lees ik dat ze nog steeds in schoenen loopt waarbij als het regent het water er van binnen uit overheen golft. Daardoor heeft ze continu – chronisch – blaren. Een paar van die schoenhoezen, wat zal het wegen, 200 gram? Moth, haar man, hoor je er ook niet over, maar tijdens hun uitgebreide bezoek – van wel een uur! – aan de grote outdoorwinkel in Fort William zullen ze ze toch wel tegengekomen zijn. Waarom lijden als het niet nodig is?

Al moet je natuurlijk ook een beetje geluk hebben bij het wandelen. Je kan dat geluk ook een beetje regelen of maken ('afdwingen' vind ik een te groot woord). Door altijd een regenjas mee te nemen bijvoorbeeld. Hoewel, bij een stralende zon... Maar twijfel je maar een moment, neem dan die regenjas toch maar mee. Zoals die keer dat we 's ochtends uit het slaapkamerraam keken en boven land dikke wolken zagen en boven zee een stralende zon. Volgens de eigenaresse van de B&B werd het in zo'n geval aan zee altijd een prachtige en zonnige dag, waarop je geen regen kreeg. Nooit. Dat was altijd zo. Ze was daar heel stellig in. Gelukkig hebben we niet naar haar geluisterd en gaven de wolken op dat moment de doorslag. Want het ging me toch regenen die dag, aan zee.

Regen, je kan er diepe filosofieën over ophangen, maar die zijn er niet.