zaterdag 11 februari 2023

Voorbij Porthpean Beach – South West Coast Path (23)

Porthpean Beach.

Bij de strandkiosk van Porthpean Beach spreken we een Engelsman. Hij zit aan een tafeltje en heeft een groen petje op. We mogen bij hem zitten. Zijn rechterarm zit vol armbandjes, van die rubberachtige van zacht plastic, in verschillende kleuren. Wilma wil weten waar je ze kan kopen. Want de roze, met CORNWALL erop, wil ze wel hebben. De Engelsman weet niet waar je de armbandjes kunt kopen, hij heeft ze allemaal gekregen, maar de roze kan je wel van me krijgen, zegt hij. It's a souvenir. Om erbij te komen, moeten eerst alle andere armbandjes af, want de kleur zit bijna bij zijn elleboog. Of hij een ijsje van ons wil, de Engelsman – nee hoor. Waar we vandaan komen – we vertellen het. Hij is in zijn jonge jaren een paar keer in Eindhoven geweest. Dat is zeker al vijftig jaar geleden, moet hij constateren. En ook een keer in Scheveningen, op de pier. Naast hem zit een jonge vrouw, van wie hij soms ook armbandjes krijgt. Zou het zijn dochter zijn, of kleindochter? Of we nog ver moeten, vragen ze. Naar Par, naar The Royal Inn. Dat is nog wel een stukje lopen, omdat de kust na dit strand is afgebrokkeld, dus moeten we een omweg maken. Aan het eind van het strand waar het pad begint, staat een bord.

We zoomen in. Die fietsen zijn misschien wel van die mensen vooraan op de kade.

Hij zit aan een tafeltje en heeft een groen petje op.

Bij het bord waarop de omleiding staat aangegeven lijkt het alsof je door kan lopen, dus lopen we nog een eindje door, tot we bij een afsluiting komen. Geen echte, want je kan eromheen. Er loopt een man zijn hond uit te laten, hij komt van de andere kant, van het pad langs de afgebrokkelde kust. Er is niets aan de hand, zegt hij, het is allemaal sterk overdreven, ik heb meer wandelaars zien doorlopen. De man maakt een vertrouwenwekkende indruk. We lopen door, wat wel spannend is, over een smal pad langs de achterkant van tuinen en schuttingen, met rechts de zee, onderaan de rotsen. Achter een van de schuttingen is een man zijn tuin aan het maaien. Hij roept wat naar ons, en schudt zijn hoofd. Dat we maar beter niet door kunnen lopen, omdat het niet verstandig is. Dat is wat hij roept. Als we nog wat doorlopen komen we bij een hoog spijlenhek dat met kettingen en hangsloten is dichtgemaakt. Het staat dwars over het pad en aan de rechterkant hangt het in de struiken boven de zee. Hier kunnen we met geen mogelijkheid voorbij. 

Net onder de o van Duporth zijn we door de tuin gegaan.

We moeten het hele eind terug, voorbij het punt waar we de man met de hond zijn tegengekomen, de man met dat vertrouwenwekkende gezicht, naar het eerste bord waarop de omleiding staat aangegeven. Die moeten we dan volgen. Maar zover zijn we nog niet. Misschien dat die hoofdschuddende man zijn tuin nog aan het maaien is, dan maak ik wel even een praatje. We lopen terug. Daar is hij weer. Gelukkig is hij nog bezig, misschien heeft hij wel op ons gewacht. Omdat hij weet, ze komen terug. Hij kent de situatie natuurlijk, van het spijlenhek verderop. Hij zegt iets over dat we het hele eind weer terug moeten lopen tot aan het bord met de omleiding, or – en dan verschijnt er een glimlach op zijn gezicht – ik laat jullie door mijn tuin. Dat kleine woordje or, daar wachtte ik op, ik heb erop gerekend. Misschien valt dit hele gesprek dat we hier voeren wel onder de zo befaamde Britse humor. Maar dat kleine woordje or, het scheelt wel vier kilometer. We lachen vriendelijk terug. De poort gaat open en daar gaan we, voorzichtig over zijn pasgemaaide gazon, een Engels gazon, door het huis, om aan de voorkant op de straat uit te komen. Nu is het nog een klein stukje, tot Charlestown en vandaar naar Par. Misschien heeft het armbandje ons meteen al geluk gebracht.

woensdag 8 februari 2023

En zo zag dat er dan uit op televisie


In november waren we bij de opnames van De slimste mens. De uitzending was gisteren, op 7 februari.

Maar één ding heb ik geleerd: je moet dus niet náást maar juist áchter de presentator gaan zitten om in beeld te komen.

woensdag 25 januari 2023

Voeten vegen – South West Coast Path (22)

Je moet wel even wennen aan deze stad, die net als Rotterdam gebombardeerd is in de oorlog. Het middengedeelte, van het station tot de zee, lijkt één grote vlakte. Een brede allee, waar iedere koffiekiosk die het gezellig probeert te maken in oplost. Maar groen is er genoeg en Hoe Park is zeker gelukt. Met monumenten die herinneren aan de oorlog en helden van weleer en de vuurtoren – Smeaton's Tower uit 1759 – daar pontificaal tussenin. 

In de baai Drake's Island.

Ten westen van de Hoe schitteren de witte gebouwen je tegemoet als je stad binnenvaart vanaf de oceaan. Smetteloos. Daarom hebben ze er een grapje bij bedacht, als je vanaf het kustpad de stad in komt. Op de grond staat: Welcome to Plymouth. Please wipe your feet. Zo houden we deze stad aan zee, de 'Ocean City', die bruist van de activiteiten, fris en schoon.


De herenhuizen aan de Grand Parade.
Smeaton's Tower.

vrijdag 13 januari 2023

Met de kat op pad – South West Coast Path (21)

Dave, de eerste kat die het South West Coast Path liep.

Dit is Dave. Samen met een vader en zijn zoon loopt hij het South West Coast Path. Niet dat hij zich daarvan bewust is natuurlijk, dat hij dit langeafstandspad loopt. De grote afstanden gaat hij in een draagzak en soms mag hij een stukje in een tuigje lopen, zoals nu. Met katten schiet dat niet op, dus ik snap die draagzak wel. Katten zijn dartel, zien spinnen en vlinders en worden helemaal gek van de geur van bloemen en gaan lekker hun eigen weg.

Dave is 1 jaar oud. Als vader en zoon in de tent slapen, laten ze hem los. Dan kan hij op muizen en vogels jagen. Maar hij blijft altijd in de buurt, bij de tent. Toen ze bij Land's End waren, had Dave een konijn gevangen, vertelt zijn baasje. Dat leverde gênante situaties op, met al die toeristen daar. 'In een onbewaakt ogenblik heb ik toen maar gauw dat konijn de nek omgedraaid en weggestopt in de struiken.'

Vader, zoon en kat lopen het hele South West Coast Path, alle 1014 kilometers (630 mijlen). Ze hebben telefoons op zonne-energie en zijn in juni begonnen.

zaterdag 7 januari 2023

Portholland – South West Coast Path (20)

In de verte in de baai ligt Portholland.

Ergens tussen Falmouth en Megavissey komen we door Portholland. Met Holland heeft de plaats niets te maken. Het is een samenvoegsel van porth, dat 'inham' of 'haven' betekent en Alan, een persoonsnaam. De 'baai van Alan' zogezegd.

Er staan een rij woningen, arbeiderswoningen, met een grasveld ervoor waar de was te drogen hangt, en nog wat verspreide huizen én een telefooncel omgebouwd tot 'museum'.

Naast de enkele en nog maar zelden voorkomende werkende telefooncel komen we dit Britse icoon vooral veel tegen als gratis bieb of met een AED (automatisch externe defibrillator), maar eentje omgebouwd als museum hebben we nog niet eerder gezien. Verder is er in Portholland een postkantoor en een winkeltje waar van alles te koop is, van zelfgebakken cake tot kattenvoer. Dat is voor Dave, die met een vader en zoon het South West Coast Path loopt. Maar daarover later meer.

donderdag 29 december 2022

Helford Passage – South West Coast Path (19)

We leggen aan bij een verrijdbare loopplank. Als het vloed wordt, duwt de ferryman de loopplank wat meer de kant op – hij drukt de neus van de ferryboot ertegenaan en geeft vol gas.

Het strandje van Helford Passage ligt vol met bootjes, kano's, surfplanken, alles wat varen kan. Het is een vrolijk gezicht. Je zal hier wonen, in die huizen aan dat oplopende straatje. Zoals die mensen in hun voortuin. Een inham aan zee, met overal weer andere mooie plekken.

woensdag 7 december 2022

De Helford River over – South West Coast Path (18)

Een smal paadje leidt ons naar de ferry. Je kan elkaar er maar net passeren, de mensen die zijn uitgestapt en je tegemoetkomen en wijzelf die onderweg zijn naar de boot. Tussen hoge struiken lopen we verder. Ik weet niet of we nog een bordje hebben gezien, dat zal wel, dat daar de ferry is, daar verderop, maar dan komen we bij de steiger. Met een uitklapbord.


Het blauwe water van de rivier is vol met bootjes die voor anker liggen. Daar ergens tussendoor zien we dat de ferryman ons gezien heeft. Hij heeft een hondje dat de hele dag met hem meevaart, trouw aan zijn baas.

Het hondje, dat als er passagiers uit- en instappen snel de steiger op glipt en weer terug de boot in, mee wil helpen, meedoen met de baas, zenuwachtig bijna, druk bezig, om te zien of alles wel goed gaat, gedienstig, en als de boot weer wegvaart plat op de bodem gaat liggen en alles en iedereen in de gaten houdt, voor zijn baas.

Zo roep je de ferry op.

zaterdag 26 november 2022

Onderweg naar de ferry – South West Coast Path (17)

Op de punt van de Frenchman's Creek, of moet je zeggen aan de staart van de kreek, is een bruggetje om het stroompje over te steken, maar het water is bijna opgedroogd en wij lopen er zo doorheen. 

Ondertussen hebben wij alleen maar oog voor de betoverende omgeving. En maken foto's. Meer kun je niet meenemen hier vandaan. Wat we ondertussen zeker weten, terwijl we hier rondlopen, is dat we iets niet goed hebben gedaan in ons leven, of in ieder geval, op de verkeerde plek ter wereld zijn gekomen.

We zijn nog niet bij de ferry. En lopen langzaam. Daarom nog maar wat plaatjes schieten. Dat groen, dat lijkt wel van foto's gemaakt met Fuji-rolletjes van vroeger.


zondag 20 november 2022

Frenchman's Creek – South West Coast Path (16)

Een paradijselijk mooie plek is dit, de Frenchman's Creek, bij Helford. Als je de kreek uit vaart kom je op de Helford River. We moeten nog een klein stukje lopen en dan komen we bij de ferry die ons overzet. Maar daar doen we heel lang over, dat kleine stukje. Als je hier toch voor altijd zou kunnen blijven. 

Later ontdek ik dat hier een historische roman speelt, van Daphne du Maurier, met dezelfde titel als de kreek, uit 1941, in 1944 verfilmd. Het is het liefdesverhaal van een Franse piraat en een Engelse lady. Dat je er dan wat langer bij stil staat, of langzamer langs loopt, mag. Maar dat wist ik nog niet toen we erlangs liepen, van dat boek en die film. Ook zonder ervan te weten loop je hier al veel langzamer, met open mond. Er moet ook nog een cottage zijn, met de naam Frenchman's Creek, gebouwd in 1840, waar tussen de wereldoorlogen ook nog een schrijfster woonde, Clara Vyvyan, die het boek The Helford River schreef.* Een inspirerende omgeving kortom.

* Het boek is digitaal gearchiveerd en hier online te lezen.

zaterdag 12 november 2022

Muurtjes – South West Coast Path (15)

Tussen Wembury en de rivier de Yealm, waar de ferry je overzet naar Noss Mayo, was er een eindeloze muur. Meestal heb je het over muurtjes, als je in Engeland bent, of stapelmuurtjes, omdat ze met losse stenen gestapeld zijn. Maar dit, waar we nu langs liepen, konden we gerust een muur noemen. Door z'n lengte en strakheid, denk ik. Te netjes ook eigenlijk, daardoor viel hij meteen in het oog, maar toch gestapeld van losse stenen, die met zorg waren uitgezocht en in verband gelegd.

Ik moest denken aan wat James Rebanks daarover vertelt in Het herdersleven,* over het bouwen van muurtjes:

Terwijl ik over het landweggetje loop, zie ik een muurtje dat ik samen met mijn grootvader heb gebouwd.
Ik herinner me nog dat hij me leerde stapelen; ik zal zo'n acht jaar oud zijn geweest. Ik mocht de holte in het midden vullen met kleine steentjes, terwijl hij met zijn mollenhanden de buitenkant stapelde met harde, leiblauwe stenen. (...)
Ik keek hoe hij de stenen ronddraaide in zijn hand, op zoek naar de beste stapelkant, en ze dan om de beurt in de holte plaatste: de saaie, ongeliefde kant van elke steen naar het binnenste van de muur gericht, 'het gezicht' naar buiten. Hij plaatste een paar dwarsliggers over de breedte van de muur om te voorkomen dat die later zou gaan uitbollen. Hij moedigde mij aan om ze op te vullen met kleinere steentjes; met mijn kinderhanden stak ik de vuistgrote brokjes leisteen en rots vast.
Hij bewaarde geduldig de beste stenen voor boven op de muur en legde ze daar neer zoals ze eerder hadden gelegen, met de zilveren, gele en door de zon gebleekte mossen en korstmossen naar de hemel gericht.

En over de toeristen, of die dat allemaal ook zien:

De schapen voor mij staan nu stil; er lopen hen wandelaars tegemoet. De bezoekers banen zich met nerveuze blik een weg tussen de schapen door en passeren mij. Ze groeten. Ik groet terug. Dan lopen ze door, een van hen met een Wainwrightgids in zijn hand.
Ik vraag me af op ze oog zullen hebben voor de muur die mijn grootvader heeft gebouwd, of het ze kan schelen dat die er staat, of ze benieuwd zijn wie hem heeft gebouwd.

...een eindeloze muur.

* James Rebanks, Het herdersleven. Een verhaal over het Lake District. Amsterdam, 2016, pp. 57-59.

donderdag 3 november 2022

Bear Paddington – South West Coast Path (14)


De Official Paddington Store op Paddington Station was dicht die maandag de 19de september,* dus moesten we iets anders bedenken om aan onze toekomstige Engelse huisgenoot te komen. Jayne, de vriendin van Phil van Wembury Bay B&B, was zo lief de beer voor ons op te snorren en op te sturen. Verrassend snel was hij vervolgens door de Engelse douane, maar bij de Nederlandse douane bleef hij steken. Dat duurde wel drie weken, zijn verblijf aan de Loire 1 in Den Haag, in een groot gebouw van de afdeling Inklaring van het International Mail and E-commerce Center (IMEC) van PostNL. Zo dichtbij maar tegelijkertijd zo ver weg.** We dachten veel aan hem. Hoe hij daar op slechts zo'n 15 kilometer bij ons vandaan in een doos tussen de andere dozen lag. Dozen met Engelse zeep en dozen met Engelse theekopjes, met Engelse drop en bolhoeden, dozen met zuurstokken en potten met curry en cheddarkaas en marmelade. Marmelade... Gelukkig in dit soort situaties dat Bear Paddington altijd een sandwich met marmelade bij zich draagt, onder zijn hoed.

* De dag van de begrafenis van Queen Elizabeth II.

** PostNL stuurde ons een brief, gedateerd 14 oktober, met de vraag wat er in het pakje zat dat in Den Haag was aangekomen. In de brief staat dat dit via de website moet, en als dat niet lukt, dat je dan moet bellen, maar een telefoonnummer wordt niet gegeven. Via de website, met behulp van de track-and-tracecode, werkte het inderdaad niet. Dat was misschien ook al een beetje te voorspellen. De site van PostNL kan internationale track-and-tracecodes niet aan. Dan ga je op zoek naar het telefoonnummer, en dat is heel goed verstopt. Het bedrijf PostNL dat in Nederland over communicatie gaat, wil zelf het liefst vooral niet communiceren. Want tja, al die lastige klanten... Maar als je het telefoonnummer eenmaal hebt, ga je bellen.*** De mevrouw die je na dertig minuten te woord staat, vertelt je dan dat je een brief moet sturen naar de afdeling Inklaring van het IMEC waarin je aangeeft dat het hier een 'geschenkzending' betreft en dat de inhoud van het pakket 'een beertje Paddington (een teddybeer)' is. De brief ging 20 oktober de deur uit. Daarna krijg je nog twee keer (!) dezelfde brief die je al op 14 oktober al hebt gehad. Ja, PostNL houdt zijn postbodes wel aan het werk! En vervolgens hoor je niets. Track-and-tracecodes halen niets uit. Je moet bellen, om te vragen of de brief die je verstuurd hebt is aangekomen en waar het pakje nu toch blijft. Tot het vandaag op 3 november opeens bezorgd wordt. En wat blijkt dan... dat PostNL of de douane in Nederland helemaal niet leest (of niet kán lezen). Want wat staat er op de op het pakje geplakte CUSTOM DECLARATION onder 'Description of contents'?


*** Het telefoon nummer is 088-8686868. Kies vervolgens voor 'zakelijk', want kies je voor 'particulier', dan word je er alsnog uit gegooid.

maandag 24 oktober 2022

Whitsand Bay – South West Coast Path (13)

De vrouw die die ochtend haar hondje uitliet vertelde het ons, dat daar het mooiste strand was, voorbij Portwrinkle: Whitsand Bay. Te zien als het eb was. Maar het was geen eb, en daardoor zagen we weinig strand, maar er stonden wel heel veel huisjes, zomerhuisjes, kriskras door elkaar, waar je over kleine paadjes bij kon komen.

Soms kruisten de paadjes het kustpad of het kustpad de paadjes. Het ging alle kanten op, omhoog en omlaag. Net als in die cottage aan het einde van de kreek, tussen Noss Mayo en Newton Ferrers, kon je het vast lang uithouden hier, in zo'n zomerhuisje, met zulk uitzicht en een plankje boeken.

Ergens zo'n paadje af was er ook een café, waar een vriendin van de vrouw met het hondje werkte, het Cliff Top Café.