|
The Bottom Ship in Porlock Weir. |
De eerste dag gaat nog goed, van Minehead naar Porlock, maar voor de zekerheid hebben we de foto's bij het monument de dag ervoor al gemaakt. Dat was vrijdag, want bij de start op zaterdag regent het. En de dag daarna, zondag, regent het zo erg dat we niet eens kunnen lopen. Stel dat we die dag hadden moeten starten, dan zou dat niet gekund hebben, dan was de eerste etappe meteen al uitgevallen. Een grote domper zou dat geweest zijn. Leef je jarenlang naar het moment van het begin toe, gaat het niet door. Minehead krijgt het die dag zwaar te verduren. Een camping komt compleet onder water te staan en de gezellige straat met bomen, winkels en restaurantjes waar we op vrijdag nog doorheen gewandeld zijn, verandert in een modderstroom.
|
The Top Ship in Porlock. |
We horen dat allemaal in Porlock, waar we die zaterdagmiddag onze intrek hebben genomen in het Lorna Doone Hotel. Daar te komen is nog een hele onderneming. Weten wij veel dat je vanaf Porlock Weir, dat aan de kust ligt en waar het kustpad langs loopt, nog twee mijl omhoog moet om in Porlock te komen. Over een smalle weg met heggen waar om elke bocht een auto tevoorschijn kan komen. Thuis is dat allemaal nog gemakkelijk, een hotelletje boeken, maar aangekomen op de plaats van bestemming blijken de verhoudingen van wegen en afstanden en hoogtes toch heel anders te zijn.
|
...een boom die ondersteund moet worden...
|
Toch hebben we er achteraf geen spijt van om naar Porlock te moeten. Want wat een prachtig plaatsje is dat. Hier zou je wel een lange winter willen doorbrengen en kerst willen vieren als de sneeuw als poedersuiker op de daken ligt. Prachtige huisjes staan er, sommige met een rieten dak, een pub zoals je je die voorstelt, in cottagestijl. Een kerkje met wat oude grafzerken eromheen en een boom die ondersteund moet worden, zo oud is die. Restaurants te over, kunst- en antiekzaakjes, een kledingzaak zelfs nog, en ook nog een schoenenzaak, met wandelschoenen, en wel twee (!) supermarktjes. Alles is er, voor het handjevol mensen dat er woont. Ze hebben hier niets te klagen. Dit dorp is gelukkig geen spookdorp geworden, zoals er hier in de buurt wel een aantal is, waar Airbnb het leven volledig heeft overgenomen.
|
...genieten we van een heerlijk ontbijt, het is werkelijk onovertroffen... |
Die zondagochtend in het Lorna Doone Hotel genieten we van een heerlijk ontbijt, het is werkelijk onovertroffen, maar als je door de ramen kijkt, kondigt het noodlot voor de overige dagdelen zich al aan. Regen, die met bakken naar beneden komt. We pakken ons zo goed mogelijk in en gaan op weg, naar Porlock Weir, om daar, zoals de bedoeling is, het kustpad weer op te pakken, achter de pub die daar gelegen is, The Bottom Ship, een wonderlijke naam, naar later zal blijken een heel logische. Maar halverwege de kronkelweg naar beneden, die gevaarlijke twee mijl, loopt het water al in onze schoenen, het gutst over de weg. Waar dat allemaal vandaan komt... Dit moeten die beruchte 'cats & dogs' zijn waarover ze het hier altijd hebben. Daarbij komt de bliksem en een klap. Heel dichtbij. Ik durf m'n parapluutje maar amper vast te houden. De stok is van metaal. Dan weer een klap. We haasten ons naar The Bottom Ship. Hoe zal het op het pad zijn? Misschien is het beter om een taxi te bestellen, terug naar Porlock en daar de bus naar Lynmouth te nemen. Met dit weer kun je je niet over rotsen en gladde modderpaadjes begeven.
|
De waardin vraagt of ze chocolademelk willen. |
Er komt een groep schoolkinderen schuilen. Ze zijn drijfnat. De waardin vraagt of ze chocolademelk willen, daartussendoor probeert ze voor ons een taxi te bellen. Dat lukt niet. Later maar opnieuw proberen. Maar dan, net wanneer we koffie willen bestellen, is daar opeens de zus van de waardin, die naar Porlock moet, naar The Top Ship. We kunnen een lift krijgen. Je kan goed zien dat de mensen van de onderste en bovenste Ship Inn* familie zijn. We stappen in de fourwheeldrive en rijden omhoog. Op het middenstuk van de weg, waar het wat lager is en waar we net nog gelopen hebben, stroomt nu een halve meter water. Onze monden vallen open... Hier hadden we wandelend nooit meer voorbij gekund. 'Daarom rijden ze hier allemaal in van die hoge wagens,' vertelt onze chauffeur. Als we in Porlock aankomen, is het een uur of tien. De bus zou om elf uur komen, de halte is bij de kerk.
|
...de halte is bij de kerk. |
Om de tijd te doden, en wat uit de regen te blijven, nestelen we ons in The Top Ship en drinken eindelijk onze kop koffie – gisteravond hebben we hier nog gegeten. Aan een tafeltje verderop zitten vier Engelsen te rummikuppen – wat moet je anders met dit weer. We maken een praatje, het gaat al gauw over Het zoutpad van Raynor Winn. Om kwart voor elf spoeden we ons naar de bushalte. Je kan maar beter op tijd zijn.
|
...gisteravond hebben we hier nog gegeten. |
Geen bus om elf uur, niet om vijf over elf, niet om tien over en ook niet om kwart over. Nog maar eens dat bordje bestuderen. Zou het die bus van 11.40 uur zijn? Er komt een vrouw naar de bushalte lopen, ze is verderop uit de bus die van Minehead komt gestapt. Ze was er bij een vriendin op bezoek. De bussen gaan niet meer, is het verhaal waarmee ze ons komt verblijden. Ze moet ook naar Lynmouth, net als wij, maar ze had de laatste bus uit Minehead en die ging niet verder. In Minehead zijn er overal floodings, overstromingen. Later zullen we over die camping horen en de straat die een modderstroom geworden is. De filmpjes staan op internet. Dan maar een taxi, met z'n drieën. We lopen naar The Top Ship, maar net als we daar naar binnen willen gaan, komt er een auto de bocht om, met de vier Engelsen van het tafeltje die we gesproken hebben. Ze draaien het raampje open om te informeren naar de bus. Als ze horen dat die niet gaat en dat we van plan zijn een taxi te bestellen, bieden ze ons meteen lift aan. Ze moeten nog even naar Porlock Weir maar als wij even wachten in The Top Ship, pikken ze ons daar zo op.
|
...een kledingzaak zelfs nog... |
Voor de derde keer nemen we plaats in de pub – we zijn zo langzamerhand vertrouwde gasten – waar we later worden opgehaald. Ook met de auto is het nog een barre tocht door de regen en de mist, en uiteindelijk komen we natuurlijk veel vroeger dan verwacht in Lynmouth aan.
|
Lynmouth lijkt wel Zwitserland... |
Daar maken we die middag, ter compensatie voor de verloren wandeldag, nog een mooie wandeling, naar Watersmeet, waar twee rivieren elkaar ontmoeten. Volgens de vrouw die met ons meelift, loop je dan het hele eind onder de bomen, want het regent nog steeds. Lynmouth lijkt wel Zwitserland, met al die hoogteverschillen en al die typische huizen. Zo staat het ook in de folder: 'Little Switzerland'. De mensen hier zijn trouwens goed bekend met regen. In 1952, op 15 augustus, wordt het dorpje getroffen door een tropische storm die in minder dan 24 uur voor 380 mm regen zorgt. De West Lyn River die door het dorpje loopt, treedt buiten haar oevers en verwoest 100 huizen en verschillende bruggen. Er vallen 34 doden en honderden mensen raken dakloos. Na de ramp worden de huizen herbouwd en wordt de rivier om het dorpje heen geleid.
|
De East Lyn River richting Watersmeet. |
|
...een mooie wandeling naar Watersmeet, waar twee rivieren elkaar ontmoeten. |
|
De uitspanning van The National Trust bij Watersmeet, waar de East Lyn River en Hoar Oak Water samenkomen. |
* De twee pubs samen heten de The Ship Inn, maar de bovenste wordt The Top Ship genoemd en de onderste The Bottom Ship.