donderdag 31 december 2020

Dat had ik eerder moeten lezen

Klik op de plaatjes voor een vergroting.

Een jaartje eerder, om precies te zijn. Dan had ik op oudejaarsdag beter opgelet. Maar dat ik er nou een jaar later toevallig over lees, over hoe je je voeten moet neerzetten als je niet over een vlakke straat loopt, da's wel heel sterk.

En dat zo'n boek dan misschien al jaren heeft liggen wachten bij De Slegte.

donderdag 24 december 2020

In Edimbàrà schijnt altijd de zon!

18 juli 2006 – zo'n foto maakte je toen nog niet met je telefoon. Je weet nog waar het was,
daar ergens aan de Candlemaker Row, met uitzicht op de blinde muren van Greyfriars Kirkyard,
en heel vaag weet je ook nog wie de foto maakte, heel vaag. Je ziet z'n schaduw!

En weet je dat het helemaal niet koud was in Edinburgh, die laatste dagen van december. Veertien, vijftien graden. Er woei een zuidelijke wind. Uit Spanje. Het zonnetje scheen. Al maanden. Warm en droog. Terwijl we in Nederland verzopen. En nog hadden de dijken niet genoeg, water. Water, zodat ze niet barstten. De dijken. De dijken in Nederland, die altijd water nodig hebben, water. Edinburgh, december, het leek die zomer van 2010 wel, toen we de West Highland Way liepen, met nog een paar dagen Edinburgh, warm. Warm, wat zeg ik, met de Military Tattoo en 'I Vow to Thee, My Country' aan het slot en ook nog het 'God Save the Queen'. Helemaal ondergedompeld in de tradities! Genieten! Maar nog eerder, met het Fife Coastal Path dat we gelopen hadden, met ook een paar dagen Edinburgh erachteraan, in 2006, al veertien jaar geleden inmiddels, was het ook al zo warm. En wat waren we jong...

donderdag 17 december 2020

vrijdag 11 december 2020

De man en het bankje

Hier zie ik 's ochtends altijd een man van z'n fiets af stappen en een shagje draaien. Om halfacht. Hij kijkt naar de dieren in de wei. Het is naast de bushalte. Nu hebben ze er een bankje neergezet. Met de rug naar de weg en de bussen die voorbijgaan.

Iemand van de gemeente, een ambtenaar van de buitendienst, moet dat ook gezien hebben, dat die man daar iedere ochtend naast z'n fiets staat en naar de dieren in de wei kijkt terwijl hij een shagje staat te draaien. Aan de rand van het gras. Nu staat er een bankje.

woensdag 18 november 2020

Wandelen in je hoofd (2) – de Coast to Coast Walk

De Coast to Coast Walk is een langeafstandswandelpad dat dwars door Engeland loopt, van St. Bees Head aan de Ierse Zee naar Robin Hood's Bay aan de Noordzee. Alfred Wainwright (17 januari 1907 - 20 januari 1991) schreef er ooit, in 1972 een praktisch reisgidsje over. De tocht voert door drie natuurgebieden, drie nationale parken: het Lake District, de Yorkshire Dales en de North York Moors. Je kan dat in twee weken lopen, maar het advies van Wainwright is er een paar dagen langer over te doen, zodat je af en toe ook even stil kan staan om van het uitzicht te genieten. (Want wandelen en kijken tegelijk, dat gaat niet. In Memoirs of a Fellwanderer zegt de schrijver: 'Watch where you're putting your feet. Do this and you will not have an accident.') De Coast to Coast Walk staat hoog op mijn lijstje van langeafstandspaden die ik nog wil doen.

Het bijzondere aan het reisgidsje is dat het helemaal handgeschreven is, voorzien van pentekeningen, en dat het ook zo is uitgegeven. Er komt geen drukletter in voor, zelfs niet in het colofon. Het reisgidsje heb ik nog niet zo lang. Het fotoboek dat er later door Derry Brabbs bij is gemaakt, heb ik al wel een tijdje. Ik ben er onlangs weer in begonnen te lezen. Met de foto's erbij beleef je de tocht dan alvast in je hoofd. Dat is een waar genoegen. Dat ik het originele reisgidsje erbij heb aangeschaft, is omdat ik ook die tekeningetjes en al dat handgeschrevene wel eens wilde zien. Ook dat is een groot genoegen.

A Coast to Coast Walk is er een uit een lange reeks. Wainwright begon die reeks met het Lake District. Hij deelde het gebied in in zeven delen, waarvan evenzovele reisgidsjes verschenen, tegenwoordig verkrijgbaar in een mooie box. (Ik schrijf steeds reisgidsje(s) omdat ze van een handig zakformaat zijn.) Alleen dat Lake District kostte de schrijver-tekenaar al dertien jaar van zijn leven. Hij begon op 9 november 1952. Niet meteen met de bedoeling het ook uit te geven. Dat idee moest nog rijpen. En ging met vallen en opstaan. Zoals toen hij na 100 bladzijden geschreven hebben (hij was inmiddels acht maanden verder!) omdat de bladspiegel hem niet beviel – het was toch mooier als de regels uitgevuld waren* – weer helemaal opnieuw begon, met schrijven en tekenen. Alles met een pennetje met Oost-Indische inkt. Een bladzijde per dag, per avond eigenlijk (als hij terug was van zijn werk als boekhouder bij de gemeente of een tocht door de natuur). In totaal schreef Wainwright 59 boeken, waarvan 40 reisgidsen. Over een werkzaam leven gesproken.



Alfred Wainwright – 'AW' voor de Britten – is een instituut. Er is een prachtige documentaire over hem gemaakt door de BBC, een absolute aanrader, te zien op YouTube.

De film eindigt bij een meertje boven op Haystacks (1958 ft). Het is Wainwrights meest favoriete plek in de Lakelands, met uitzicht over Lake Buttermere. In A Pictorial Guide to the Lakeland Fells. Volume 7 The Western Fells schrijft hij: 'for beauty, variety and interesting detail, for sheer fascination and unique individuality, the summit area of Haystacks is supreme. This is in fact the best fell top of all – a place of great charm and fairyland attractiveness.' Overeenkomstig zijn laatste wens werd hier na zijn overlijden in 1991 zijn as uitgestrooid. In het slothoofdstuk van Memoirs of a Fellwanderer merkt hij daarover op: 'This book is not a personal lament for the end of fellwalking and the end of active life, but a thanksgiving for the countless blessings that have been mine in the last eighty years. All I ask for, at the end, is a last long resting place by the side of Innominate Tarn, on Haystacks, where the water gently laps the gravelly shore and the heather blooms and Pillar and Gable keep unfailing watch. A quiet place, a lonely place, I shall go to it, for the last time, and be carried: someone who knew me in life will take me and empty me out of a little box and leave me there alone. And if you, dear reader, should get a bit of grit in your boot as you are crossing Haystacks in the years to come, please treat it with respect. It might be me.'

* Waarbij hij geen woord afbrak. Hoe kun je al schrijvend zo vooruitkijken?!

vrijdag 13 november 2020

In de grotemensenstoel

Opa was naar de kapper geweest. Toen hij thuiskwam was zijn kleinzoon op visite. Zijn moeder klaagde dat hij vreselijk lang haar had en dat hij ook nodig naar de kapper moest. Maar bij de kinderkapper kon hij pas op 5 december terecht. Zou opa even bellen voor een afspraak bij zijn kapper? Ja, dat was goed, met opa wilde hij wel naar de nieuwe kapper. Opa gaat meteen bellen. 'Je kan om twee uur terecht.'

We komen aan bij de kapper. De kapper schuift de kinderstoel naar voren en wijst... 'Of wil je in de grote stoel?' Een resolute knik met het hoofd. Bij de kinderkapper moet ik altijd al in de kinderstoel. Nu wil ik in de grotemensenstoel. Net als opa. Die kan het hele tafereel mooi volgen via de spiegel.

zondag 8 november 2020

De boomhut

De boomhut, met een vogelhuisje.

Mijn kleinzoon vraagt maar steeds: 'Opa, ga jij een boomhut met mij maken?' Ik zou dat heel graag doen, jongen, maar dan moeten we wel een boom hebben. In de tuin hebben we geen bomen die een hut zouden kunnen dragen, en buiten de tuin zou ik in de omgeving van waar wij wonen niet zomaar een boom weten die we daarvoor mogen gebruiken, met het gevaar dat wanneer zo'n openbare boomhut dan klaar is, een ander hem inpikt. Al het werk voor niets.

Maar het snijdt door je ziel, dat 'Opa, zullen we een boomhut maken?'

Het snijdt door je ziel, als je denkt aan de tijd waarin je zelf die leeftijd had en er overal ruimte was om hutten te bouwen, iedere dag opnieuw, zoveel je maar wilde, van sloophout, en je gewoon kon fikkie stoken op strand. Een tijd voorgoed voorbij. 

Op een ochtend waren we in de Amsterdamse Waterleidingduinen. Het ligt er vol met takken, kreupelhout. En bij de Action, weer een heel andere omgeving, kun je ijsstokjes krijgen waaraan geen ijsjes zitten, heel veel in een pakje. Als je de ronde uiteinden eraf knipt, worden het net planken. Ze zijn niet zwaar. Opa gaat voor jou een boomhut maken, Ronin, voorlopig maar in miniatuur. En als-ie af is, laat je je eigen fantasie er maar op los. Want die heb je. En dat is het mooiste wat er is. En mochten we ooit nog eens in de gelukkige omstandigheid komen een echte boomhut te maken, dan hebben we hier alvast een voorbeeld.

Aan het begin van de avond van de dag dat we 's ochtends naar de Amsterdamse Waterleidingduinen geweest waren om een stronk, was-ie af, de boomhut.

Het hek kan open...
...en weer dicht.

vrijdag 30 oktober 2020

Wilma 60 jaar

Vandaag is mijn lieve Wilma 60 jaar geworden. Toch denk ik dat ze nog altijd 20 is, maar dat dan al voor de derde keer! Jong van geest en jong van hart! Zoals ze altijd al was en is en altijd wel zal blijven. Dus op naar de vierde keer dat ze 20 wordt!

zaterdag 17 oktober 2020

Associaties


Gisteren had ik een boek in handen van Patrice Gueniffey getiteld Napoleon & De Gaulle. Heroes and history. De hoofddeksels intrigeerden me. Ze hebben iets feestelijks. Waarbij ik me bij de onderste pet, met de eikenbladeren, altijd weer afvraag of dat nou lekker zit, zo'n kepie.

Later zag ik op de omslag van een ander boek een bibliotheek, met hoge boekenkasten en planken die liepen van A tot O. Dat is 15 planken. Dan heb je wel een ladder nodig. Van A tot O, wat mooi, als je erover doorfilosofeerde, de Alfa en de Omega, de eerste en laatste letter van het (Ionische) Griekse alfabet, het begin en het einde. Een bibliotheek kende zijn klassiekers. Als dat geen opzet was.


Ik keek aan de binnenkant van het boek. De foto was in de Long Room van Trinity College in Dublin gemaakt. Je mag er niet fotograferen, weet ik van een bezoek uit 2009. Maar plaatjes van deze oude en eerbiedwaardige ruimte zijn er natuurlijk volop te vinden. Ik weet me nog herinneren dat het gebouw naar buiten toe wegzakt (uitzakt) door het grote gewicht aan boeken – het is op zachte grond gebouwd –, waardoor het middenpad, met de borstbeelden, als het ware omhoogkomt. Alleen daar mag je lopen, over die 'bult'. Een soort wervelkolom. De ribben, waar de boeken staan, zijn verboden gebied.


Ieder jaar komen er een half miljoen bezoekers, die enorm veel stof produceren. Over welk effect dat op de collectie heeft en het opruimen ervan, met kleine stofzuigertjes, gaat dit filmpje.


Op het middenpad worden tentoonstellingen gehouden. Toen wij er waren, was er eentje over Napoleon. Daaraan herinnert dit borstbeeld. Ik weet nog hoe vreemd ik het vond dat ik dat in Dublin aanschafte en niet in Parijs, maar dat het wel kon.

Hoogte: 75 mm.

zaterdag 10 oktober 2020

La Madeleine, kerk van de bloemen

Uitzicht vanaf de trappen van de Madeleine op de Rue Royale en de obelisk
op de Place de la Concorde met over de Seine het Palais Bourbon (9 oktober 2004).

Een fleurige kerk, la Madeleine. Bloemen opzij én van voren. In 2004 was ik er met Wil en Jacoline toen de trappen versierd waren. Eén bloemenzee. De kerk van Maria Magdalena staat eigenlijk altijd in de bloemen.

Het interieur, met de laaghangende kroonluchters met bollampen.

Het altaar met Maria Magdalena omhooggetild door de engelen.

maandag 28 september 2020

'Bloemenstallen op de Place de la Madeleine' door Niek van der Plas, nu te zien in Breukelen

Niek van der Plas, Bloemenstallen op de Place de la Madeleine in Parijs, 2019.
Olieverf op paneel, 60 x 64 cm.

La Madeleine. Als een stoere jongedame staat ze daar rechts, deze bekende Parijse kerk met de onmiskenbare Korinthische zuilen. Ze staat in een lange lijn, symmetrisch en recht tegenover het parlement, de Assemblée Nationale, die zetelt in het Palais Bourbon, dat van dezelfde zuilen is voorzien. Twee tempels. Met daartussenin de obelisk, op de Place de la Concorde.

Veel mensen op straat, twee dames die het beeld in lopen, een stel daarachter, een klant bij de bloemenkraam, in blauw de handelaren. Ruiken we rozen, lelies? Wat verder weg, voor de ramen van de grands magasins, het winkelend publiek. Mijn oog wordt getrokken naar de straat in het midden, de Rue Tronchet, die vanaf de Place de la Madeleine het beeld uit loopt, waar grote zonneschermen in rood en groen afhangen over de trottoirs. Samen met de blauw- en grijstinten, paars vermengd met heel veel wit, het blije groen van de bomen – het is zomer! – en de open lichtblauwe lucht vormen zij de entourage voor een meer dan fleurige voorgrond, vol bloemen. De lage zon op het einde van de middag zet ze in volle gloed. 

Parijs, een lichte, kleurige impressie, zoals alleen Niek van der Plas die kan weergeven. Met ook weer die typische reclamezuil – een Colonne Morris, zoals we in de vorige bespreking geleerd hebben – waarvan nog net het bovenste groen te zien is, maar verder sfeervol beplakt met de mooiste affiches.

Het schilderij Bloemenstallen op de Place de la Madeleine maakt deel uit van de tentoonstelling 'Stad, Land en Strand' van Niek van der Plas die van 1 oktober tot en met 18 december te zien is in de Pauluskerk in Breukelen. De Pauluskerk bevindt zich aan de Straatweg 37 en is geopend op donderdag, vrijdag en zaterdag van 10.00 tot 16.00 uur.

zondag 27 september 2020

Het pimpelmeesje en de roodborst


We zaten buiten. Het kon nog wel, een dun zonnetje dat door de wolken scheen. Daar kwam een pimpelmeesje aangevlogen. Hoeveel gram zal zo'n beestje wegen? Hup, in de ene boom, naar de volgende. We hadden pinda's opgehangen, in een eikel van gaas. Het vogeltje was nu vlakbij. De roodborst hield zich stil, gelukkig.

zaterdag 12 september 2020

Een mooie herinnering

Met rabarbercake van de Friese bakker Ús Bertus.

We hebben er ook nog twee mooie theekoppen aan overgehouden, met motieven van William Morris, de belangrijkste ontwerper van het negentiende-eeuwse Engeland (er bestaat zelfs een William Morris Society), die vaak in de Broadway-toren verbleef. In de toren is een permanente expositie van zijn ontwerpen te zien, gebruikt voor behang en gordijnen.

Ontwerpen van William Morris op de tweede verdieping.

woensdag 9 september 2020

9 september 2019

10 u 32 m 49 s GMT

Voor Wilma

Ergens zou ik het vragen, officieel. Die ochtend beklommen we de Broadway Tower, een folly in het graafschap Worcestershire. We waren de eersten die dag, zei de meneer van de kaartjes beneden. En onderweg naar het dak, op de laatste treden omhoog, dacht ik, ja, hier doe ik het. Op deze plek, waarvan de exacte GPS-coördinaten zijn 52°01'27.01" NB en -1°50'8.99" WL. Het tijdstip zal geweest zijn ergens tussen deze twee foto's in, maar meer in de buurt van de tweede dan van de eerste, dat ik jou ten huwelijk vroeg.

10 u 12 m 58 s GMT

maandag 31 augustus 2020

Moeder 88 jaar


Vandaag is ze 88 jaar geworden, m'n moeder. Wekenlang heeft ze ons in spanning gehouden, over het gedicht dat ze op haar verjaardag ging voordragen. Zelf zat ze ook te popelen. Als je langskwam was het: 'Zal ik alvast het beginnetje voorlezen?' Dat gingen we niet doen natuurlijk. 'Aan m'n vriendinnen van de zorg heb ik het al voorgelezen, hoor. En ze vonden het allemaal prachtig!' Hoe ze de spanning kon opvoeren. 'En 's avonds, als hij naar bed is, zit ik te oefenen, en zet ik daar nog een woordje bij en hier.' Vandaag mocht ze los! En meteen al een wereldpremière!

Nog een paar kleine aanwijzingen bij het gedicht: ma's wiegje heeft gestaan in de De Waal Malefijtstraat 88 en haar broer is zeven weken even oud.

zaterdag 22 augustus 2020

Wandelen in je hoofd (1) – het South West Coast Path


Raynor Winn en haar man Moth lopen het South West Coast Path zonder een cent op zak. Ze zijn hun huis kwijtgeraakt en daarom gaan ze het pad maar lopen. Je leest erover in Het Zoutpad. In haar tweede boek, De wilde stilte, vertelt de schrijver dat ze het hele SWCP een hele goede wandelgids hadden aan het boek van Paddy Dillon. Als ze het pad gelopen hebben plakken de bladzijden aan elkaar van de regen en het zeewater, zo intensief hebben ze de 1014 kilometer (630 mijl) beleefd. Raynor haalt er de potloodaantekeningen uit om het eerste boek te schrijven. Eerst alleen voor haar zieke man (die lijdt aan CBD, corticobasale degeneratie), een nog niet voor publicatie bedoelde print, om de herinneringen aan het pad bij hem boven te krijgen. Zoals aan die bramen onderweg, waar de zilte zeemist overheen geweest is, waardoor ze nog lekkerder smaken. Moth is het allemaal vergeten.


Een mens wil compleet zijn, is altijd op zoek naar orde. Dus kocht ik toen ik De wilde stilte gelezen had, die wandelgids erbij, The South West Coast Path van Paddy Dillon. Ik wilde dat mooie boekje met al die kaartjes en honderden mooie foto's wel zien. Voor als wij weer gaan lopen. Het is uit 2003, herdrukt in 2016 en 2017 en van aanvullingen voorzien in 2018 en de druk die wij nu hebben is gloedjenieuw, van dit jaar. En wat lees je dan opeens in het hoofdstukje over de kosten van zo'n wandeltocht...


Boeken die heen en weer verwijzen. Dat is wel het mooiste wat er is. Raynor Winn en haar man Moth liepen het SWCP in 2013.

vrijdag 14 augustus 2020

Pootjebaden


Terwijl de lammeren de schaduw zoeken, sjokken de runderen door het water, log en loom, als moekes die hun rokken hooghouden bij het waden door de zwin. Arcadische taferelen dezer dagen, op het Landje van Bremmer.

donderdag 30 juli 2020

Rondje Oegstgeest


Of moet ik het een Tour d'Oegstgeest noemen? Want dit dorp is deftig. En dan heb ik het vooral over Oud-Oegstgeest, met zijn mooie villa's, gelegen in landelijk groen.

We hadden wel zin in een groene tocht dit keer, van bos naar bos, te beginnen in het Bos van Van Wijckerslooth, met ck en th. Toe maar!* Maar we sloegen dat bos nu toch maar even over om door de naastgelegen villawijk te kunnen wandelen. En dat is alsof je door een dorp in de Cotswolds loopt. Heerlijk! Engels! Met een bruggetje in de straat en tussen de huizen een vijver met een hekje eromheen en eenden, een pool. Je verzint het niet. Hier wil je wonen. De rust. Ik herinnerde me van een fietsritje een paar weken geleden nog dat huis op de hoek, het leek wel een boerderij, maar was dat niet. Het was een oude villa met strooien dak, met grote struiken blauwe en roze hortensia's ervoor. Een beeld dat voorbijschoot, op die fiets, in mijn ooghoek. Schitterend! En dan schit-te-rend met nadruk uitgesproken, in losse lettergrepen. Nu kwamen we er weer langs, lopend. En kon ik het vastleggen dat beeld, als die bloemen nog niet uitgebloeid waren. Ha, daar was het weer. Het zat nog op mijn netvlies.

Kasteel Endegeest.

Na het Bos van Van Wijckerslooth, met ck en th, zouden we het groen rond Endegeest pakken, het gekkenhuis. Onderweg huizen met erkers en balkonnetjes met baldakijnen erboven, hoe verzin je het. Alles in zomerse stemming. Rechts van de weg het gemeentehuis in paviljoen Rhijngeest, het staat nog boven de deur, vroeger onderdeel van het gekkenhuiscomplex. Paviljoen... er is geen ander woord voor zo'n gebouw. In het trappenhuis van het gebouw zitten nog tralies, mooie tralies, in jugendstil, zodat de patiënten niet naar beneden sprongen. Tegenwoordig kun je er trouwen, wat we dan ook gedaan hebben.

Land(je) van Bremmer.

Wat verderop kun je langs het vroegere Witte Huis, waar je rijexamen deed en wat nu een verzorgingstehuis is voor vermogende bejaarden, naar het kasteeltje van Endegeest wandelen. Descartes heeft daar nog gewoond, van 'Ik denk, dus ik ben' ('Cogito ergo sum'), een filosoof in het gekkenhuis, je verzint het niet (of juist wel). En Maarten Biesheuvel verbleef er, groot schrijver, vandaag overleden. Achter het kasteeltje loop je via de kwekerij van de inrichting over het Pad van Bremmer, langs het Land(je) van Bremmer, dat oude weiland, die groene oase, met koeien, schapen, een ooievaarsnest, tegenover het voormalige Zendingshuis Hendrik Kraemer aan de Leidsestraatweg**. Nu zagen we het weiland ook eens van de andere kant. Loop je het Pad van Bremmer af, dan kom je uit op de Nachtegaallaan.

De Leidse Hout.

Rechts van die laan ben je opeens in Leiden en wandel je via de Vogelwijk richting het Bos van Bosman, met het landgoed Nieuweroord, waar een paar jaar geleden nog de zusterflat van het Academisch Ziekenhuis stond, die ze gesloopt hebben en waar ze nu die oude villa van het landgoed weer aan het neerzetten zijn, niet terugrestaureren maar opnieuw opbouwen, met appartementencomplexen ernaast. Dat laatste hadden ze niet moeten doen. Want o, wat is hier gebeurd! Het ziet er vol uit, heel vol! Een 'benauwde veste', om met Vondel te spreken. Gek genoeg oogde het landgoed veel ruimer toen die lelijke zusterflat er nog stond. En in de tijd voor de zusterflat, met alleen die oude villa, was het natuurlijk helemaal prachtig. Nee, die appartementencomplexen zijn een miskleun van de eerste orde. Wie heeft dit bedacht? Het tennisbaantje waar prinses Juliana een eeuw geleden nog met de jongeheren van oude Nieuweroord een balletje opsloeg, heeft het in alle nieuwbouwdrift ook al moeten ontgelden. Een paar jaar geleden was het er nog en werd er ook nog getennist.

Kasteel Oud-Poelgeest.

Vanaf de bouwplaats steek je de Rijnsburgerweg over, ga je iets naar links en dan rechts langs de voormalige sportzaak van Wout Bergers en daarna weer rechts langs de Leidse Houtschool, een gebouw uit de jaren dertig in de stijl van die tijd, en dan links langs het Diaconessenhuis de Leidse Hout in. Langs de kinderboerderij en het theehuis en de grote vijver met muziektent. Dan rechts het voetpad en fietspad over – dit is de oude, smalle Haarlemmerdijk; moet je een keer overheen fietsen en meemaken als je in de buurt bent, zo smal tussen het water door –, het terrein van UVS over en langs de keet van IJsclub Oegstgeest via een bruggetje het terrein van kasteel Oud-Poelgeest op, waar Wim en Hendrike getrouwd zijn ('van een bruiloft komt een bruiloft', zie boven) en Boerhaave gewoond heeft. Twee kastelen en drie beroemdheden op één tocht. Van villawijk naar kasteel naar bos, naar weer een bos en naar weer een kasteel, waar vind je dat op deze oppervlakte? 9,3 kilometer op de teller, iets meer dan de helft van de vorige week, maar de wandeling was er niet minder om: een rondje Oegstgeest, met een randje Leiden.


* Hiermee bedoel ik: het kan niet op, zulke deftige combinaties van letters. 'Van Wijkersloot' had al mooi genoeg geweest.
** De straatweg/straat heeft hier eigenlijk twee namen: Leidsestraatweg heet het aan aan de kant van het voormalige zendingshuis, Geversstraat aan de kant van het weiland.

donderdag 23 juli 2020

Een beetje om – van Oegstgeest naar Katwijk en terug

We zaten lekker van ons appelgebak te genieten, toen Wilma opperde:
'Zullen we via de Zuidduinen langs de Soefitempel teruggaan?'

We hadden nog een bon van de bruiloft, voor bij de Sunset, en het was mooi weer. Weer voor een wandeling. En iedere dag dertig minuten wandelen is goed voor zowat alles, lezen we. Dus namen we de bekende route, via Oegstgeester Kanaal en Oude Rijn, om zo bij het strand uit te komen en die tent op de boulevard.
Sinds vorig jaar, toen we aan het oefenen waren voor de Cotswolds, had ik niet meer zo ver gelopen. 7,8 kilometer van huis naar zee. Heen en weer zou dat nog geen 15 kilometer zijn. Iets voor de avondvierdaagse of de Kippenloop. We zaten lekker van ons appelgebak te genieten, toen Wilma opperde: 'Zullen we via de Zuidduinen langs de Soefitempel teruggaan? Kan dat?'
'Wow! Het is een beetje om, maar het moet kunnen. Er is een pad, als je naar de meertjes gaat en dan linksaf langs die uitkijkduin met die bunker erop, dat je bij de watertoren uitkomt. En dan zo via Katwijk-Binnen en Rijnsburg terug.'
'Dan kunnen we achter de camping langs.'
'Waar we Louca nog een keer hebben gedragen omdat ze niet meer kon.'
'Och, Loucaatje. Ik mis haar wel hoor.'
'Zo oud was ze toen nog niet eens.'


We gingen op pad, over het pad over de zeereep en de boulevard en doken de duinen in. Dit zou dan de training voor het South West Coast Path (SWCP) worden, waar we ooit een stukje van gelopen hadden, van Newquay naar Penzance.* En dat we volgend jaar wilden vervolgen. Langs Polperro, van de puzzel, in ieder geval. Maar ook langs dat plaatsje waar Raynor Winn en haar man Moth nu wonen, Polruan, tenminste in dat boek (De wilde stilte), en Fowey, aan de overkant. Er groeien palmbomen. Zij hadden in het eerste boek (Het zoutpad) het hele kustpad gelopen. 1014 kilometer! Aan de hand van die optimistische wandelgids van Paddy Dillon: The South West Coast Path.
Maar dit wat wij liepen leek onderhand ook al wel een hele toeristische route te worden, door de duinen langs die tempel en de watertoren, langs een groepje tiny houses – had je die in Katwijk ook al?**  – met akkertjes eromheen, café 't Wachtje en molen De Geregtigheid in Katwijk aan den Rijn, het tolhuis aan de Sandtlaan, het graf van Floris V en de Vliet door Rijnsburg. Al die indrukken. Voor je het wist was je weer thuis. Zo liep je in duin, zo zat je weer in je tuin.


De werkelijkheid was dat we ons nogal op de afstand hadden verkeken. Het was flink om. Geen kleine 15 maar 18,3 kilometer. Die drieënhalve kilometer extra hakte er behoorlijk in.

* Ik lees in de link dat dat was in 2008. Volgend jaar al 13 jaar geleden. Het wordt tijd voor een inhaalslag.
** Ja, juist! Want big houses waren er onbetaalbaar.

vrijdag 10 juli 2020

Katwijks woordenboek... Tweede druk in de winkel!

Voor wie 'm gemist heeft... Een nieuwe voorraad!

Want dat het zo hard zou gaan, had niemand verwacht. De boeken vlogen bijna letterlijk de winkel uit. Het woordenboek heeft ondertussen in menig huis een plek gevonden en wordt er regelmatig opgeslagen. Wat een rijkdom!

Het Katwijks woordenboek geeft antwoord op tal van vragen. Zoals wanneer je lappe ken kakke of wanneer je zegt dat iemand Lààis haer heeft.* Of wat een kaemizooltje is of wat haelemedijtjies zijn. Of waarom de vuurtoren van Noordwijk de Gloeiende Spijker wordt genoemd. En wat de uitroep Wat haegemaeker! betekent. En dat je een strijkbout (en een natte doek) nodig hebt om de pisvauwe uit je brouk te krijgen en dat het weer buiten best te doen is als je 'n dròòge verlòòp hebt. Dan zal je in ieder geval niet verknettere. Het woordenboek vertelt ons ook wat het verschil is tussen een boekje en een boukje, dat ien toet mem uit het Frans komt en wat Truzelot en Alfred Hitchcock met elkaar gemeen hebben. Als je de bladzijden zo omslaat, merk je wel dat het woordenboek er niet vanzelf gekomen is, want voor de wind gaet 'n bos stròò.

Het Katwijks woordenboek is te koop in Katwijk bij Het BakenThe ReadshopPrimera en het Katwijks Museum, in Rijnsburg bij The Readshop, in Oegstgeest bij de Rijnlandse Boekhandel en De Kler, in Leiden bij Kooyker en De Kler, in Noordwijk bij Van der Meer, en verder natuurlijk in alle andere boekhandels in Nederland.

Daarnaast is het boek ook te bestellen bij uitgeverij Primavera Pers.

De prijs voor deze luxe gebonden editie – met linnen band en leeslintje – is slechts € 22,50 (deze aanbieding geldt tot 1 september, daarna wordt het € 24,90).

* Zie ook het Leidsch Dagblad van zaterdag 13 juni.